Ken je mij

Ken je mij
Hans Bügel

Door een oproep van een LHBT’er in de kerkdienst om het gesprek aan te gaan over LHBT’er zijn in de kerk, werd ook gerefereerd aan het EO programma ‘Ken je mij?’. Een programma waarin onder andere homoseksuele mannen en vrouwen hun ervaringen in de kerk met elkaar delen. Ze schrijven elkaar brieven waarin ze hun ervaringen aan elkaar beschrijven. Het geeft een indrukwekkend inkijkje in de worsteling die het anders geaard zijn met zich mee kan brengen. 

 

Onroerend en ontluisterend

Ontroerend, maar ook wel enigszins ontluisterend; ontroerend omdat de deelnemers openhartig vertellen aan elkaar en daarmee ook aan de kijker welke worsteling er is om te aanvaarden dat je anders geaard bent. Een worsteling met God, met de kerk en de familie. Ontluisterend omdat uit de vier afleveringen blijkt dat de kerk niet per se een veilige plaats is waarin homo’s zich thuis kunnen voelen. Uit de afleveringen komt een beeld op van kerkmensen die niet alleen de homoseksuele relatie afwijzen, maar daarbij - bedoeld of onbedoeld - ook de homo’s in kwestie zelf afwijzen. Het programma geeft een beeld weer waaruit de indruk ontstaat dat het voor homo’s erg moeilijk is om zich in de kerk en binnen de familie te kunnen handhaven. 

 

Niet exclusief

Dat het moeilijk is voor homo’s en lesbiennes om zich in de kerk te handhaven, is niet exclusief een probleem van de kerk. Ook buiten de kerk blijkt telkens weer dat het aanvaarden van de seksuele geaardheid gepaard gaat met een grote worsteling. De homoseksuele geaardheid is afwijkend ten opzichte van de heteroseksualiteit die verreweg het meest voorkomt. Het anders zijn betekent een zoektocht naar het aanvaarden van de geaardheid en het leren leven met die geaardheid. Dat het ingewikkeld is, blijkt bijvoorbeeld in de sport; het blijkt lastig voor professionele voetballers om er voor uit te komen homo te zijn en als een sporter er voor uitkomt, is dat zelfs nieuws. Nog steeds is het woord ‘homo’ een veel voorkomend scheldwoord. Ook daaruit blijkt dat acceptatie van homo’s en lesbiennes niet vanzelfsprekend is. Bovendien komt het nog steeds voor dat homo’s op straat worden uitgescholden of belaagd. Een maatschappelijk klimaat dat lang niet altijd zo tolerant is als wordt gesuggereerd. Echter, voor christen homo’s en lesbiennes komt daar in veel gevallen bij dat bepaalde kerken een uitgesproken afkeurend standpunt heeft over homoseksualiteit. Dus naast de worsteling met de eigen identiteit, komt er ook een geloofsworsteling bij. Zo spraken de Christelijke Gereformeerde Kerken uit dat homoseksuele relaties zondig zijn. In de Rooms Katholieke Kerk wordt het hebben van homoseksuele relaties eveneens als zondig afgewezen. 

 

Zonde genoemd

De generale synode van de Christelijke Gereformeerde Kerken hebben onder meer uitgesproken dat “seksuele omgang tussen mensen van gelijk geslacht en relaties waarin die omgang gestalte krijgt, zijn niet in overeenstemming met het Woord van God en moeten derhalve zonde worden genoemd”. Daarom heeft de kerk in haar pastorale verantwoordelijkheid de weg van kerkelijke vermaning te gaan in overeenstemming met Schrift, belijdenis en kerkorde. Wie enigszins thuis is in de gereformeerde schriftbeschouwing begrijpt dat de uitspraak geen losse flodder is, maar een diepe overtuiging dat zij overeenstemt met Gods Woord en dat Woord gehoorzaam naspreekt. Tegelijkertijd is het ingewikkeld om te aanvaarden dat de Bijbel zelfs verboden liefdes kent. Dat met de kerkelijke afkeuring van homoseksuele relaties christen homo’s en lesbiennes in een crisis komen, valt goed te begrijpen; zeker ook omdat vaak blijkt dat niet alleen de kerk, maar ook de eigen familie en niet in de minste plaats de ouders de keuze van homo’s en lesbiennes als zondig afwijzen. En hoe voorzichtig en bewogen het visiedocument van de studiecommissie van de Christelijke Gereformeerde Kerken ook is geschreven, zij doet niets af aan de uiteindelijke harde conclusies die het visiedocument trekt en de uitspraken die de kerken op basis daarvan hebben gedaan. Het valt te begrijpen dat homo’s en lesbiennes om die reden breken met de kerk.

 

Bewijslast

De kerk is zo overtuigd van haar gelijk dat, hoewel zij erkent dat ‘de Bijbel ons geen concreet inzicht verschaft in de dieper liggende motieven waarom het afzien van een dergelijke relatie het mens-zijn zou moeten dienen’, dat spreken toch niet mag worden genegeerd, omdat dit spreken gebaseerd is op het gezag van het Woord van God. Bovendien stelt het visiedocument dat wie zou willen afwijken van het verbod op homoseksuele relaties, daarvan de bewijslast heeft om op basis van goede argumenten af te wijken van de kerkelijke lijn die in de traditie voor gezaghebbend wordt gehouden. Ferme uitspraken, die bovendien ook blijk geven van een stellige overtuiging van het eigen gelijk. Die stelligheid wordt onderstreept doordat de opstellers van het visiedocument stellen dat zij geen goede argumenten kennen die een afwijking van de kerkelijke lijn die in de traditie voor gezaghebbend wordt gehouden, zouden rechtvaardigen. 

 

Overtuigt niet

Toch overtuigt het visiedocument niet. Vaststaat immers dat ook onder christenen homoseksualiteit voorkomt. Feit is ook dat er onder hen zijn die een affectieve homoseksuele relatie hebben, die sterke gelijkenis toont met heteroseksuele relaties; er is sprake van duurzame monogamie, liefde en seksuele aantrekkingskracht. Beide relaties kenmerken zich door betrokkenheid op de ander. Liefde en trouw zijn Bijbelse kernwaarden die een positieve betekenis hebben. God is immers liefde; dat kan van de boze niet gezegd worden. Vanuit die gelijksoortige en gelijkwaardige kernwaarden is het moeilijk te begrijpen, laat staan te aanvaarden, dat God de homoseksuele relatie afwijst als zondig. Dat impliceert dat liefde ook zondig kan zijn. Dat is een innerlijke tegenstrijdigheid die onlogisch en verwarrend is. Als dat waar is, zou de Bijbel moeten getuigen dat naast geoorloofde liefde sprake kan zijn van ongeoorloofde liefde, liefde die de Bijbel verbiedt. Om met de opstellers van het visiedocument te spreken, die Bijbelse lijn is niet aangetroffen. Het visiedocument veronderstelt in zijn beschouwing over de liefde dat homoseksuele relaties tot de verboden van de Bijbel behoren; op grond van die veronderstelling, zo wordt geredeneerd, kan er geen sprake zijn van echte liefde, want die kenmerkt zich in liefde gericht op God en het houden van zijn geboden. Juist omdat de Bijbel homoseksuele relaties verbiedt, mag er dus geen liefde zijn tussen mensen van hetzelfde geslacht die beleefd wordt in de seksualiteit. En precies op dit punt ontstaat een geloofs- en gewetensconflict voor menig homo en lesbienne.

 

Existentieel loyaliteitsconflict

Immers, zij hebben de ervaring dat zij God liefhebben. Tegelijkertijd ervaren zij diezelfde liefde voor hun levenspartner, maar wordt hun door de kerk geleerd dat God liefhebben meebrengt dat zij Gods geboden naleven wat betekent dat zij niet mogen toegeven aan de liefde voor hun levenspartner, omdat dit in strijd is met Gods geboden. Desondanks ervaren zij oprechte liefde tot die ander wat tot twijfel en onzekerheid leidt over de relatie met God. Er ontstaat een existentieel loyaliteitsconflict in de vorm van een gordiaanse knoop. Dat roept de vraag op of er echte liefde voor en tot God is en als die er is wat de kwaliteit van de liefde voor je partner is; andersom ook, als er echte liefde is voor je partner die zich uit in de intimiteit van de seksualiteit, is er dan wel oprechte liefde voor God? 

 

Eén Bijbeltekst

Dit gordiaanse existentiële loyaliteitsconflict ontstaat en wordt gevoed door een eeuwenlange uitlegtraditie die in feite berust op één bijbeltekst zijnde Romeinen 1:26. Uit deze tekst, in samenhang met Romeinen 1:27, wordt immers geconcludeerd dat daaruit blijkt dat God homoseksuele relaties verbiedt en als een gruweldaad beschouwt. Natuurlijk, voert het visiedocument ook andere argumenten aan, maar die zijn ondergeschikt aan het hoofdbezwaar tegen homoseksuele relaties. De kern is dat de Bijbel het zou verbieden en ten bewijze daarvan zijn Romeinen 1:26 en 27 cruciaal, zoniet beslissend. Er lijkt in de breedte van de kerken ook wel overeenstemming te zijn over de uitleg en betekenis van Romeinen 1:26 en 27. Het visiedocument besteedt er ook aandacht aan en de argumentatie lijkt logisch en begrijpelijk. Toch schuurt de uitleg met het geheel van het Bijbelse spreken. Uit de Bijbel blijkt namelijk dat God veel barmhartiger is en meer ontspannen omgaat met menselijk gedrag dan waarvan het visiedocument vanuit gaat. Dat heeft te maken met hoe God zelf naar mensen kijkt en met hen omgaat. God gaat niet af op de uiterlijke schijn, maar op het wezen van het hart van de mens. Het Evangelie van Johannes zegt dat God zijn Zoon niet naar de wereld heeft gestuurd om een oordeel over haar te vellen, maar om de wereld door hem te redden. Bovendien, zo zegt het Evangelie van Johannes, over wie in Jezus gelooft wordt geen oordeel uitgesproken. 

 

Het hart

Misschien is wel het meest typische voorbeeld hoe God naar David kijkt en met hem omgaat. God zelf spreekt zich over hem uit. Hij is een man naar Gods hart. Als Samuël naar Isaï moet om de door God zelf verkozen koning te zalven, is namelijk opmerkelijk dat God Samuël vertelt dat het Hem niet gaat om wat de mens ziet, omdat zij alleen het uiterlijk ziet, maar dat het Hem gaat om het hart van de mens, zijn innerlijk. En dat leidt tot andere conclusies over menselijk gedrag dan naar de mens gesproken zou mogen worden verwacht. Immers, David, die door God zelf een  man naar Gods hart wordt genoemd, blijkt een moordenaar, een overspelige en een leugenaar. Dat is een type mens waar de doorsnee kerkganger zich niet mee zou willen associëren. Vanuit ons menselijk perspectief kan dat geen genade in Gods ogen vinden. Toch blijkt niets minder waar; een aantal zaken vallen daarbij op. God is verontwaardigd over Davids gedrag. Hij wijst David erop dat hij zijn rijkdom en macht uitsluitend aan God dankt. Daarover zegt God zelfs dat hij de vrouwen van Saul aan David geschonken heeft. Uit het geheel van de tekst blijkt dat David gemeenschap had met die vrouwen. De vrouwen maken zelfs onderdeel uit van Gods straf; David zal moeten toezien hoe zijn familieleden op klaarlichte dag gemeenschap zullen hebben met zijn vrouwen. Daaruit blijkt dat God niet zwaar tilt aan Davids polygamie en dat zelfs mogelijk maakt en als straf op de zonde gebruikt. Tegelijkertijd is het klip en klaar dat Davids polygame gedrag van den beginne door God niet is gewild of bedoeld. Dat werpt een ander beeld op het geheel van het Bijbelse spreken. Als God Davids polygamie mogelijk maakte en dus niet veroordeelt, is reden om aan te nemen dat andersgeaarden die kiezen voor een relatie in liefde en trouw niet zomaar worden veroordeeld. Dan zou er gezocht moeten worden naar een betere en logischere interpretatie van bijvoorbeeld Romeinen 1:26 en 27. 

 

Andere interpretaties

Dat het mogelijk is om te komen tot een andere interpretaties die beter aansluiten bij de bredere focus op de Schrift, bewijzen classicus David J. Murphy en theoloog James Alison. Beiden maken, onafhankelijk van elkaar en elk vanuit hun eigen deskundigheid, aannemelijk dat op grond van culturele, historische, taalkundige en contextuele argumenten de gereformeerde Schriftbeschouwing tekortschiet en dat zij zelfs in afwijking is met de traditie die door de vroege kerkvaders voor gezaghebbend werd gehouden. Deze interpretaties tonen aan dat Paulus in Romeinen 1 geen categorisch verbod geeft op homoseksuele relaties. Vanuit het Bijbelse gegeven dat God het hart aanziet, mag er rekening mee worden gehouden dat God genade heeft met homoseksuelen die een relatie hebben in liefde en trouw. Daarbij is beslissend de liefde tot God en de naaste. Het visiedocument heeft bij de uitleg van Romeinen 1 en in het bijzonder Romeinen 1:26 en 27 onvoldoende rekening gehouden met het feit dat God liefde is en Hij kennelijk bij Zijn oordeel het hart van de mens aanziet; daardoor ontstaat er ruimte voor het opheffen van het existentiële loyaliteitsconflict. Alle reden dus om in de volgende Vrije-Interpretaties in te zoomen op wat Murphy en Alison over Romeinen 1 te zeggen hebben. 

 

 

 

 

 

 

 

 

Reactie toevoegen

De taalcode van de reactie.
Protected by Spam Master